Je kunt mij gerust een linguofiel noemen; Iemand die van taal en woorden houdt. Met name de herkomst van woorden en het effect van woorden en de ervaring die dat wat wij zeggen oproept bij degen die het hoort vind ik mega interessant. In de yoga en ook in geleide oefeningen die ontstaan in één-op-één sessies bij Anna Sophia draag ik altijd grote zorg voor dat wat wordt uitgesproken door mij en welke ervaring dat op kan roepen. Met enige regelmaat word ik ook geraakt door het licht van bewustzijn dat vanuit het niks lijkt te vallen op een woord of zin en waardoor mijn innerlijke perspectief met een kwantumsprong wordt veranderd.
Zo ook vorige week toen ik op de thee zat bij mijn buurvrouw. We hadden het over ziek zijn, ik had een ontstoken oog, zij was net ziek geweest. De kinderen nemen van alles aan bacteriën en virussen mee naar huis, en ja het enige wat eraan kunnen doen is zorgen voor een gezonde weerstand. En BAM! die raakte me in mijn taalgevoelige geest. ‘Een gezonde weerstand’. Wat een tegenstrijdige term eigenlijk, want weerstand zien we vaak als iets ‘negatiefs’. Weerstand ontvangen van een collega wanneer je een idee aandraagt, weerstand voelen tegen in de regen op je fiets stappen naar de sportschool, wanneer er weerstand in het spel is, is strijd vaak dichtbij. Ofwel strijd met anderen ofwel strijd met onszelf en onze normale manier van dingen doen.
In dit gesprek sloeg een gezonde weerstand natuurlijk op het hebben van een sterk immuunsysteem waarmee we ziektes gemakkelijk de baas kunnen, iets wat zeker handig is om te hebben. Mijn gedachten gingen echter gelijk naar het hebben van innerlijke weerstand tegen iets; een situatie, een persoon, tegen iets wat je te doen hebt. En op wat voor manier kan die innerlijke weerstand dan ‘gezond’ zijn?
In de yoga traditie waarin ik ben opgeleid spreken we over rode- en groene pijn, iets wat ongetwijfeld ook in andere vakgebieden wel eens ter sprake zal komen. Groene pijn noemen we pijn die we voelen, terwijl we onderliggend ook ervaren dat er van de pijn iets goeds zal komen. Bijvoorbeeld het voelen van de strekking in een bepaalde yoga-houding, die kan vrij heftig zijn maar onderliggend voelen we dat de houding wel meer ruimte en vrijheid gaat geven. Of de pijn van ontsluitingsweeën tijdens een bevalling zou je als groene pijn kunnen noemen, je voelt de pijn en die is heftig en intens en toch weet je dat bevallen een natuurlijk proces is, de pijn een ‘goede’ pijn is en je straks je kindje gaat ontmoeten. Er dreigt geen acuut gevaar en er is geen reden tot het stoppen van dat wat je aan het doen bent. Je hand in een pan kokend water steken of je been breken, tja, dat geeft echt rode pijn en dan is je gezondheid wel degelijk in gevaar. We zouden de term ‘gezonde weerstand’ vanuit dat opzicht best kunnen opvatten als een soort ‘groene weerstand’. Weerstand voelen tegen iets waarvan je eigenlijk wel weet dat het je gezonder/gelukkiger/vrijer gaat maken.
Wanneer we weerstand voelen is het vaak makkelijker om bij de weerstand weg te gaan dan het aan te kijken. We verzanden in overlevingsmechanismen zoals afleiding zoeken, kritiek hebben en minachting uiten. Ja ook, of misschien wel vooral in de relatie met ons zelf. Terwijl het juist zo interessant is om de weerstand te onderzoeken; Wat voel ik? Waar heb ik weerstand tegen? Waarom heb ik hier weerstand tegen? Voor mijn gevoel zijn dit veel voorkomende redenen waarom we weerstand ervaren:
· Het hebben van een oordeel of overtuiging over ons zelf welke maakt dat we weerstand voelen bij iets wat iemand anders doet of ervaart.
· Het hebben van een behoefte van welke we het onszelf niet gunnen om deze behoefte te (laten) vervullen.
· Soms voelt het ook veiliger om onszelf door de weerstand van een verlangen weg te laten leiden dan om door de weerstand heen te gaan en ondanks de angst toch bepaalde stappen te nemen.
Groene weerstand kun je ervaren als een gevoel van; liever niet, ik vind het spannend, ik heb eigenlijk geen zin, maar ik heb het wel te doen. Daarentegen is rode weerstand dan het duidelijk voelen van een grens; Ho, Stop, tot hier en niet verder. Dit heb ik echt niet te doen, of juist; dit gaat echt niet gebeuren. En zo bekeken is zowel rode weerstand als groene weerstand niet positief en niet negatief. Het is beide een indicatie dat er innerlijk iets speelt, iets waar je doorheen hebt te gaan, of iets wat je juist niet gaat laten gebeuren.
Weerstand is eigenlijk mega interessant. Het vraagt moed om het aan te kijken en te doorleven, maar het kan je zo veel brengen. Laat je niet wegleiden door je weerstand maar vraag jezelf de volgende keer af wanneer je weerstand voelt: Voel ik weerstand tegen iets wat ik te doen heb? Of voel ik weerstand omdat ik juist iets niet te doen heb? Ga het innerlijke proces aan om te onderzoeken wat maakt dat je weerstand ervaart, want het is altijd een spiegel van iets wat leeft in jou. Die bazige collega die weerstand oproept omdat jij toch zeker zelf wel weet hoe het moet, die nodigt jou uit om je grenzen aan te geven. Die relatie waarin je eigenlijk niet meer gelukkig bent, je voelt dat je die hebt te verlaten, maar het voelt zo veilig en vertrekken is zo’n gedoe. Die nodigt jou uit om te kiezen vanuit liefde voor jezelf en jezelf tóch die vrijheid en het avontuur te gunnen. En met elk innerlijk proces en met elke weerstand die je doorleeft kom je dichter bij jeZelf en sterker in je eigen kracht.